zondag 25 maart 2012

Mesa Verde Certificering


Diederik Samsom gebruikt het. Claudia de Breij baseert haar laatste programma erop. En zelfs Hero Brinkman probeerde er punten mee te scoren.
Alledrie nemen ze het perspectief van hun (klein-)kinderen om er de keuzes van vandaag mee te onderbouwen. ‘Pap, jullie wisten in 2012 toch dat het zo niet door kon gaan met het milieu enzo? Wat heb jij toen gedaan?’ (zoon Samsom). ‘Oma, zat jij ook in het verzet tijdens de Hete Vrede?’(kleinkind de Breij). ‘Zeg, je had toch kunnen regelen dat ik ook nog PVV had kunnen stemmen?’ (kind Brinkman)

Los van de vraag waarvoor je het gebruikt en of het inzetten ervan altijd getuigt van goede smaak, is het een vaak gehanteerd perspectief. En terecht. Ook als je geen kinderen hebt? Zeker. Voor iedereen die een iets ruimere opvatting heeft over ethiek dan ‘na mij de zondvloed’ is het een relevante vraag of je de wereld beter of slechter achterlaat dan je hem aantrof. De virtuele ‘gewetensvragen’ die je eigen of andermans (klein-)kinderen je vanuit de toekomst kunnen stellen vormen een prima criterium voor de afwegingen van vandaag.

Op een vakantie in de VS werden we in Mesa Verde rondgeleid door een afstammeling van de oude lokale indianenbevolking. Deze gids vertelde een verhaal over de tradities, de gebruiken, de leefwereld van de voormalige bewoners van deze ‘klifdorpen’.
“Stel je een meisje voor dat opgroeit onder de vleugels van haar moeder: haar rolmodel en voorbeeld. Een meisje dat ook, in de tradities van de gemeenschap,  het nodige leert van haar grootmoeder (ambachten, tijdloze levenswijsheden etc), die dat op haar beurt weer van de generatie(s) voor haar heeft meegekregen.
Symbolisch staat ze zo als jonge vrouw in verbinding met de drie generaties boven haar, die ze met zich meedraagt aan haar linkerkant: Overgrootmoeder linkerhand, grootmoeder elleboog en moeder linkerschouder. De beslissingen die ze neemt, neemt ze met  respect naar de drie generaties voor haar. Maar dat niet alleen. Ze neemt ze ook met in achtneming van de drie generaties na haar. Zodat ze later haar (achter)kleinkinderen nog recht in de ogen kan kijken. Naarmate ze ouder wordt krijgt ze aan haar rechterkant haar kind, kleinkind en achterkleinkind in diezelfde verbinding erbij. Schouder, elleboog, hand. Het leven voltrekt zich door haar heen van links naar rechts.
De cirkel sluit zich omdat met haar ouder worden ook haar afhankelijkheid van de nieuwe generatie toeneemt. Waar zij zorgde voor haar kinderen, zorgen haar (achter)kleinkinderen weer voor haar.”

Een uitbreiding van hetzelfde principe. In dit verhaal krijgt verantwoordelijkheid een spanningsboog van zeven generaties. Zo zijn beslissingen geworteld in het verleden en in verbinding met de toekomst.
Natuurlijk: het is ook een mierzoete, Amerikaans aangezette beeldspraak. En natuurlijk zijn er gezinnen, families en gemeenschappen die bekrompen, beknellend en destructief zijn. Maar dwars door de sentimentele trekjes raakte het verhaal me toch.

En als het verder kijken dan je eigen generatie voor Diederik, Claudia en zelfs voor Hero een relevant perspectief is, dan zou het toch ook moeten kunnen gelden voor directies, raden van bestuur en commissarissen? Vergeet code Tabaksblat. Vergeet Basel 3 en andere uitbreidingen van de bevoegdheden van Toezichthouders. Vergeet aangescherpte wetgeving over bonusregelingen.
De introductie van de Mesa Verde certificering volstaat. Belangrijkste bijbehorende audit-instrument: een brief, geschreven aan zowel je (klein-)kinderen als je (over-)grootouders. Liefst handgeschreven….


zondag 18 maart 2012

Stupids en Muppets


Onlangs kreeg ik van een collega de tip om de documentaire ‘Centuryof the Self’ van Adam Curtis te bekijken. Een vierluik, waarvan het eerste deel me direct licht van slag bracht. Op intrigerende wijze wordt in beeld gebracht hoe Edward Bernays (Wie? Inderdaad: ik had er ook nog nooit van gehoord) in de jaren ’20 en ’30 in de VS de (op dat moment) kersverse inzichten van zijn oom Sigmund Freud inzet om een fundamentele omwenteling teweeg te brengen onder de bevolking. Grote woorden, maar het gaat dan ook om een geregisseerde omslag van Burger naar Consument. Gesteund door de regering werd een campagne ontwikkeld om de Amerikaanse bevolking aan te zetten tot een nieuw soort koopgedrag. Voorkomen moest worden dat de massaproductie, die met hulp van nieuwe technologie net goed op gang kwam wegens ‘verzadiging’ stil zou vallen. ‘Ze moeten niet langer kopen wat ze nodig hebben, maar we moeten ze juist verleiden om dingen te kopen die ze niet nodig hebben’. Kopen wat je niet echt nodig hebt, maar waarvan je slechts denkt dat het bezitten ervan je gelukkiger maakt, houdt immers het verlangen naar meer in leven. Sterker nog: het creëert een verslaving die tot in het oneindige de motor zou kunnen blijven van de productie-economie.
Een opmerkelijke passage is die waarin de dochter van Bernays aangeeft dat haar vader altijd sprak over de massa, het volk, als ‘Stupids’. Waarmee benadrukt werd dat niet het belang van de burger centraal stond, maar slechts de belangen van hen die van profiteerden van hun nieuwe rol als ‘domme’ consument.

Een paar dagen later kreeg ik van een andere collega een link naar de ingezonden brief die de Greg Smith schreef aan de NY Times over zijn vertrek bij Goldman Sachs. Het geeft een helder inzicht in de door-en-door rotte bedrijfscultuur, die daar op dit moment heerst. In de brief een passage over de manier waarop er in de top van GS over klanten wordt gesproken, in het bijzijn van jonge analisten:
‘You don’t have to be a rocket scientist to figure out that the junior analyst sitting quietly in the corner of the room hearing about “muppets,” “ripping eyeballs out” and “getting paid” doesn’t exactly turn into a model citizen.

Burgers als Stupids en klanten als Muppets. Maar goed, we hebben het natuurlijk over de VS….  
Veel banken in ons land zijn onder invloed van de crisis in de branche (en al dan niet onder druk van de toezichthouder) interne projecten gestart om de Klant weer centraal te stellen. De bedrijfscultuur is er ongetwijfeld minder rot dan in de top van GS (toch?), maar het is met terugwerkende kracht een bewijs van het feit dat ook bij ons dat pure klantbelang volledig uit het oog was verloren. Alles moet daarom nu in het werk gesteld worden om het consumentenvertrouwen terug te winnen.  

Na het bekijken van Century of the Self vraag ik me af of dat wel voldoende is. De consument is één, maar de burger is dus nog wat anders. Als de financiële sector de maatschappelijke functie weer serieus neemt die ze ooit had (en o.a. het Sustainable Finance Lab pleit daar vurig voor), gaat het er juist om verder te kijken dan het individuele klantbelang en is het haar taak om een duurzame bijdrage te leveren aan de samenleving als geheel.

De weg van Burger naar Consument, die gepaard ging met het ontspoorde oordeel over hen als Stupids en Muppets loopt dood in de huidige crisis. De vraag is of we hem ooit weer de andere kant op kunnen bewandelen….

donderdag 8 maart 2012

‘Authenticiteit is nep’


Dat was de titel van een interview met filosoof Maarten Doorman in de Volkskrant. Hij schreef een mooi compact boekje over de invloed van Rousseau (1712-1778) op onze hang naar Echtheid, Puurheid en Oorspronkelijkheid. Een boodschap van eeuwen geleden die meer dan ooit tevoren nagalmt in onze huidige tijd.
Vooral in het bekende ‘Emile ou de l’éducation’, beschrijft Rousseau de ideale opvoeding waarin het authentieke kind zolang mogelijk wordt beschermd tegen de kwalijke invloed van de maatschappij en zoveel mogelijk zelfstandig de wereld ontdekt. Daarbij zichzelf op een natuurlijke manier ontwikkelend.

Dat idee van een te koesteren oorspronkelijkheid en van zelfontdekkend leren is 1 op 1 terug te vinden in veel moderne onderwijsvarianten, maar zeker ook in ons vak. Met als trefwoord ‘Authentiek Leiderschap’ google je moeiteloos een flinke boekenplank managementliteratuur bij elkaar. Als het gaat om leiderschap hechten we, meer dan aan inhoud, aan de geloofwaardigheid van de boodschap. Charisma, natuurlijke overtuigingskracht: mensen die Echt zijn (of ‘Echt-Echt’ zou Paulien Cornelisse zeggen) hebben meer impact.
Doorman betoogt dat die nadruk op authenticiteit slechts het tegendeel in de hand werkt. De norm ‘Wees Authentiek’ is in zichzelf immers paradoxaal. De opdracht vervullen is hem tevens ontkennen. Wat overblijft is een voortschrijdende trend om authentiek over te komen, om oorspronkelijkheid uit te stralen, om uniciteit te spelen. Een medium als Facebook versterkt die behoefte om jezelf te uiten als unieke persoonlijkheid. ‘En het is hard werken, want wat lijken al die unieke uitingen van bijzondere ikken op elkaar’. Ook in de politiek wordt achter de schermen door mediatrainers en spindoctors keihard gewerkt aan politici die ‘naturel en authentiek overkomen’. Doorman: ‘de mateloze behoefte aan authenticiteit produceert een wereld van kunstmatigheid, vol berekenend vertoon van eerlijkheid, spontaniteit en natuurlijk gedrag dat het vertrouwen in de politiek alleen maar verder ondergraaft’.

Geen vrolijke boodschap. Stoppen dus maar met alle leiderschapstrainingen op dat gebied? We willen toch niet op ons geweten hebben dat we het tegendeel veroorzaken van waar we naar op zoek waren?
Maar de conclusie van Doorman is uiteindelijk hoopvol. In plaats van het enkel cynisch afserveren van authenticiteit als onmogelijkheid, zoekt hij naar een alternatief voor de Rousseau-variant ervan. Hij komt uit bij Charles Taylor, die in plaats van het individu juist de verbinding met anderen centraal stelt.
‘Je leeft niet authentiek door alleen op iets diep in jezelf terug te vallen, maar juist door je te verhouden tot anderen en de tradities waaruit je voortkomt. Die maken het mogelijk dat je de beperking van het ik overstijgt en authentiek kunt leven’. Doorman voegt daar nog een pleidooi voor het streven naar ‘kwaliteit’ in brede zin aan toe.

Dat lijkt me mutatis mutandis een mooie opdracht voor de moderne leider. Gedragen door de wordingsgeschiedenis van de organisatie en in verbinding met alle betrokkenen boven je eigen ego uitstijgen, ten dienste van een hogere kwaliteit van het geheel.
Lijkt me ook geen slecht advies aan de gemiddelde trainer trouwens. Komt het misschien toch nog goed met onze branche…

dinsdag 6 maart 2012

WC eend

In de categorie: 'Wij van WC Eend adviseren WC Eend' deze keer een link naar een gesprek dat ik over mijn Blogs had met collega Martijn Cremers. Hij heeft het interview bewerkt tot een aantal korte filmpjes waarin we onderzoeken wat de achtergrond is van waaruit ik schrijf en van waaruit ik naar ons vak kijk.

Volgende keer weer een 'gewone' Blog!